A2-B1
Easy
Zelfstandige naamwoorden & Lidwoorden
Nouns & Articles
Deze les bespreekt de regels voor het gebruik van bepaalde en onbepaalde lidwoorden (de, het, een) in het Nederlands, hoe je meervoud maakt, en de basisprincipes van geslachtstoekenning aan zelfstandige naamwoorden.
This lesson covers the rules for using definite and indefinite articles ('de', 'het', 'een') in Dutch, how to form plurals, and basic principles of gender assignment for nouns.
- Understand the difference between 'de' and 'het'.
- Use definite and indefinite articles correctly.
- Form regular and irregular plurals.
- Zelfstandig naamwoord: Noun
- Lidwoord: Article
- Bepaald lidwoord: Definite article ('de', 'het')
- Onbepaald lidwoord: Indefinite article ('een')
Nederlands (NL) | English (EN) | Français (FR) |
---|---|---|
Het kind leest een boek. | The child reads a book. | L'enfant lit un livre. |
De hond speelt met de bal. | The dog plays with the ball. | Le chien joue avec la balle. |
Een man loopt in het park. | A man walks in the park. | Un homme marche dans le parc. |
De kinderen zingen een lied. | The children sing a song. | Les enfants chantent une chanson. |
Tags
Zelfstandige naamwoorden
Nouns
Lidwoorden
Articles
Meervoud
Plural
Bepaald lidwoord
Onbepaald lidwoord
Grammar
Grammatica